“Amerikaanse moordmachines”. De (over)verhitte dronediscussie

dronesTotale paniek des doods de afgelopen dagen. Want: Defensie was van plan om een MQ9 Reaper aan te schaffen en te bewapenen. Omdat het “politiek gevoelig” ligt, mag de Luchtmacht zich van Defensie niet langer in het publieke debat mengen, aldus de Volkskrant. De hysterische synoniemen die in het artikel werden gebezigd voor drones (“Amerikaanse moordmachines”, “doodsmachine”) zijn tekenend voor de emoties die het onderwerp losmaakt.

Waarom zijn drones zo omstreden, en is dat wel terecht?

Drones zijn relatief gezien zeer precies en er vallen minder burgerslachtoffers. Feitelijk zijn drones het meest precieze alternatief wanneer er geen scherpschutters op de grond zijn. Voortgang in techniek zorgt namelijk niet alleen voor een betere precisie bij een aanval, maar maakt ook dat het soldaat:burger ratio (oftewel: het aantal burgerslachtoffers per vechtende soldaat) in conflicten sterk is gedaald. Tegelijkertijd dienen wij ons te beseffen dat drones (net als elk ander militair middel) zo precies zijn als de inlichtingen waarop hun inzet is gebaseerd.

Toch is het gemiddeld aantal burgerslachtoffers per aanval lastig te kwantificeren: het precieze aantal (burger)slachtoffers is moeilijk vast te stellen. Zo komt de VS met cijfers als 30 op 1300, terwijl Brookings Institute schat dat dit 1:1 zal zijn. Tegelijkertijd hebben zowel de VS als bijvoorbeeld Pakistan een politiek belang bij het lager of hoger inschatten van burgerslachtoffers, dus voor wetenschappers (journalisten hebben daar wat minder moeite mee) is het zeer lastig harde conclusie te trekken. De recente Drone Papers bevestigen in ieder geval het beeld dat de regering Obama moeilijk te vertrouwen is wanneer het gaat om de cijfers. Zo bleek uit de eerdergenoemde leaks dat de Amerikanen wel heel “losjes” omgegaan met het (vooral achteraf) benoemen van “targets”.

Juist hier is het belangrijk om onderscheid te maken tussen de techniek (namelijk de drone) en de manier waarop de Amerikaanse politiek deze inzet (“targetted killing”). Hiervoor is het belangrijk twee ontwikkelingen mee te nemen.

(1) Militariseren van de CIA

Momenteel is er een sterke overlap met het Pentagon (MinDef) en de CIA (buitenlandse inlichtingen, maar primair ter behoeve van nationale interne veiligheid) bij missies, en met name de War on Terror heeft er voor gezorgd dat de CIA steeds meer militaire taken naar zich toe heeft getrokken. Het is niet voor niets dat de drone strikes de “secret wars” worden genoemd. Omdat met name de CIA hierover gaat, worden risicio-inschattingen meer gebaseerd op homeland security en minder op internationaal strategische overwegingen. Dit zorgt voor vreemde situaties. Het beste voorbeeld hiervan is het geval van de dronestrike op Anwar al-Awlaki waar zijn 16-jarige zoon (een Amerikaans burger) ook werd omgebracht in Jemen. Dit is op zijn zachts gezegd niet helemaal in lijn met de Amerikaanse grondwet noch het internationaal recht.

(2) Geen grondtroepen, wel invloed

Drones zorgen ervoor dat je als land wel invloed kan uitoefenen, zonder dat je daadwerkelijk soldaten hoeft in te zetten – dit maakt het een heel verleidelijk middel voor politici om naar te grijpen. Wel de lusten van invloed maar niet de politieke lasten van verantwoording. En politici houden nou eenmaal niet van zware knopen doorhakken, omdat ze nooit weten wat ze ervoor terugkrijgen. Getuige ook de huidige situatie in Afghanistan en Irak ondanks grootschalige Amerikaanse grondinzet. Drone-aanvallen laten zien dat de geopolitieke handjes toch blijven jeuken. Zeker, drones zorgen voor burgerslachtoffers – maar de praktijk wijst uit dat zolang deze niet aan Amerikaanse kant vallen, presidenten veel meer kunnen maken (en dus ook doen).

Politieke verantwoording de grootste angel

Toch bevindt de Amerikaanse regering zich door de eerdergenoemde militarisering van de CIA in een lastig parket. Als de politieke keuze eenmaal wordt genomen om de strikes niet langer door de CIA uit te laten voeren, is het aannemelijk dat dit een verhoging in het aantal burgerslachtoffers tot gevolg zal hebben. De CIA heeft namelijk dermate veel operationele kennis vergaard dat ze er steeds beter in zijn geworden om burgerslachtoffers te mijden. Halverwege december 2013 heeft Pentagon een dronestrike vanuit Djibouti gedaan die tientallen burgerslachtoffers maakte in Jemen waardoor het aanvankelijke plan van Obama om de eindverantwoordelijkheid meer op te laten schuiven richting het Pentagon (en weg van de CIA) onder druk is komen te staan. Toch valt er voor op de lange termijn veel voor te zeggen om het drone programma in de toekomst volledig onder Defensie te laten vallen. Niet alleen vanwege democratische verantwoording, maar ook om te voorkomen dat de CIA een soort paramilitaire macht wordt die de president willekeurig kan inzetten. Op deze manier wordt het transparanter, mits het geen papieren exercitie wordt waarbij enkel een klein stukje uitvoering (en dus niet de aansturing) wordt overgedragen aan het Pentagon.

Minder in de schaduw opereren maakt het ook lastiger om creatief om te gaan met het internationaal recht. Zo verscheen na het incident in Jemen met Al-Awlaki een white paper van ministerie van Justitie waarin stond dat een targeted killing geen moord was, omdat Amerika officieel in oorlog is met Al Kaida valt een drone strike juridisch onder zelfverdediging. Het probleem is dat de Amerikaanse regering hier van twee juridische walletjes tegelijkertijd probeert te eten: zo omzeilt het creatief de eigen grondwet (ten aanzien van staatsburgers) onder het mom van oorlog, maar laat tegelijkertijd de War on Terror uitvoeren door een civiele organisatie om zodoende minder last te ondervinden van internationaal oorlogsrecht. You cannot have your cake and eat it too.

James Madison waarschuwde in de Federalist papers er voor een staat die continu in oorlog is. Oorlog is een uitzondering, maar een permanente uitzonderingssituatie zorgt dat er teveel zeggenschap bij de uitvoerende macht komt te liggen. De Amerikaanse regering is feitelijk als een burgemeester die 10 jaar geleden de noodsituatie heeft afgekondigd, de mate van zeggenschap wel beviel en dit nooit heeft willen terugdraaien. Dit doet natuurlijk wat met je democratisch verantwoordingsmechanismen.

Amerikaans scenario in Nederland onwaarschijnlijk

Zeker, de huidige discussies over de verschillende aspecten van drones zijn zinnig. Mits deze discussie zich concentreert op de inzet en oog blijft hebben voor het verschil tussen Nederlandse politiek en Amerikaanse politiek. Vooralsnog ziet het er naar uit dat als Nederland drones aanschaft, deze volledig onder de verantwoordelijkheid van Defensie vallen: een Amerikaans scenario wordt hierdoor al een stuk minder waarschijnlijk. Duidelijke afspraken over de inzet zijn nodig en met name toezicht vanuit het Parlement zal moeten worden versterkt, maar dat is nog iets anders dan innovaties volledig verwerpen of demoniseren als zijnde “moordmachines”. Mede daarom is het (mocht de berichtgeving kloppen) het kort houden van de Luchtmacht door Defensie in de drone discussie contraproductief: zonder de relativerende kennis die de Luchtmacht zou kunnen aandragen, is de kans groot dat de discussie volledig zal worden gekaapt door anti-oorlog-AKSIE-NGOs.

Een kritische houding is gezond, maar moet vooruitgang en vooral ook eigen belangen niet in de weg zitten. Dat laatste dreigt wel te gebeuren door een Amerikaans probleem klakkeloos te generaliseren naar een (niet bestaande en onwaarschijnlijk toekomstig) Nederlands scenario.

[Dieuwertje Kuijpers]

Plaats een reactie